Kloostermachine

Schoolkamp was een ramp maar het was in de buurt. Ik was twaalf en zei net zolang tegen de leraren dat ik naar huis wilde tot juffrouw Annet groen zag en me uiteindelijk uit pure nijd de schuld gaf van het deels mislukte gebeuren. De meisjes waren ‘s nachts naar de jongens geslopen, een chaos op de slaapzalen. Ik had er geen deel aan genomen, lag met open ogen op mijn matrasje en wilde alleen maar naar huis. Maar ik was het grootste kind, een zonder woorden als ik ze nodig had en incidenteel vechtersbaas uit verdediging, dus aanwijsbaar. Bij terugkomst op school keek juffrouw Annet me dan ook kwaad aan en zei pinnig dat ik het kamp had verpest. Het boterde al vier jaar niet tussen ons, mijzelf kennende heb ik haar doodgekeken. Het tweede kamp op de middelbare school heb ik acuut weggedrukt. Inmiddels zit ik op de kunstacademie, we gaan werken van Le Corbusier bezoeken. De meerdaagse excursie, erger kan het niet worden. Ik ben 23, zal het lukken?

Het begint al fout met de touringcar. Ik voel me altijd ongelukkig in een touringcar, hulpeloos, afhankelijk en lullig. Een extrapolatie van het nutteloos achter in de auto zitten. Opgezogen in een enorm gefragmenteerd bankstel van lelijk vuil- en mensafstotend stof. In mijn gedachten is de touringcar weg en zweven we met 40 studenten naast- en achter elkaar in zithouding boven de weg, ik begraaf mezelf in mijn walkman. We zien onder andere Villa Savoye in Poissy, Villa Schwob in La-Chaux-de-Fonds Zwitserland en het klooster Sainte-Marie de la Tourette, kortweg La Tourette genaamd, in Eveux. Het is natuurlijk een prachtige excursie, er is veel voorbereidingstijd ingestoken, maar dat zie ik niet. Een meerdaagse excursie maakt me redelijk blind en het woord Modulor kan ik inmiddels niet meer horen.

In La Tourette blijven we slapen, we zijn er te gast. Overdag zien we het gebouw en worden geacht het te bestuderen. Schetsen in het gras? Niet dus, en met drieën piepen we er tussenuit naar Lyon dat vijftien kilometer verderop ligt. Wat zijn we vervelend. Ik zie een aantal studenten geconcentreerd buiten zitten met schetsboekjes, zo bezig dat ons vertrek hen niet opvalt. Weg van de kloostermachine die me rillingen bezorgt. Een mooie wandeling door de stad volgt. Eenmaal terug valt ons uitje niet echt op, La Tourette is groot, toch iemand roept dat het flauw is om weg te gaan. Tja, dat is het natuurlijk ook. We eten aan lange tafels met de Dominicanen en wassen mee af, daarna zwerven we door het gebouw. Ik vind het zeer onaangenaam ondanks de bijzondere details zoals een zwevend buislampje in het trappenhuis, de crypte in de kerk met de gekleurde dakkokers, de diverse betonhuiden en de mooie ruimteovergangen. Maar ik let niet goed op, ik krijg geen overzicht, het gebouw drukt op mijn gemoed, ik krijg het benauwd en raak het niet aan. In het ritme van het kloosterleven gaan we met de kippen op stok en als antidotum op al dat grauwe beton en de opgelegde stilte vul ik de eenpersoons kloostercel met een tweepersoons nacht. Inmiddels heb ik alles geschonden, de architectuur en de regels. Gauw wegwezen de volgende dag.

Ik denk dat het religieuze lichaam dat het gebouw representeert me daar zo enorm tegendraads maakte. Tot in de verste uithoek was geen neutraal plekje te vinden, alles was religie. Achteraf is het jammer dat ik de bijzondere architectuur zo slecht heb bestudeerd. Het is toch wel een hele mooie kloostermachine, het ligt prachtig in het landschap en Le Corbusier is een daglichtmagiër. Nieuwe poging? Twee keer zo oud dan toen, nu zal het toch wel lukken? Ik moet gewoon niet moeten en met zijn allen, ik moet willen en alleen of met enkelen, dan gaat het allemaal goed. En van religie heb ik geen last meer, het is er, zoals beton, materie.

© Karin van Pinxteren, 20 augustus 2013

La Tourette, Le Corbusier

Archidialog Blog met korte uiteenzetting inspiratiebronnen voor La Tourette, herkomst foto boven.

Link naar de site van La Tourette > La Couvent de la Tourette

Een Engelstalige film over het klooster > The Cloister La Tourette