In Musée Champollion, les Écritures du Monde in Figeac, kijk en luister ik naar een uitleg over de verandering van woorden in de overgang van klank naar schrift. In het schrift werd een ‘e’ toegevoegd aan het einde van het woord: Mesopotami > Mesopotamie. Weer terug in Mas de Charrou vind ik in de boekenkast van het gastatelier een uitgave van Gerard J. M. van het Reve met de titel ‘Tijdsbeelden, typen en topfiguren’ uit 1967 van uitgeverij L. J. Veen, waarin Johann Gutenberg wordt besproken. Het eerste gedrukte boek is De Gutenbergbijbel, het werd voltooid in 1455. Het tweede boek is het Mainz Psalterium, gedrukt in 1457, het eerste boek met een publicatiedatum. De tijd was me wel bekend maar de titels van de boeken niet. ‘Vóór het einde van de 15e eeuw was de boekdrukkunst over geheel Europa verspreid. Men kent dan de namen van niet minder dan 910 boekdrukkers, en in de catalogus van Hain, waarin de boeken worden vermeld die in de 15e eeuw werden gedrukt, staan de titels vermeld van niet minder dan 16.299 werken. Aangezien de gemiddelde oplage op 300 exemplaren moet worden gerekend, bezat de wereld toen reeds een boekenschat, bestaande uit vijf miljoen gedrukte exemplaren’. Een duizelingwekkend getal, geheel onvoorstelbaar, een even turbulente ontwikkeling als de groei van internet moet het zijn geweest. Hoeveel boeken zouden er nu wel niet zijn?
Het drukken van boeken blijft heel bijzonder, magisch om te zien ontstaan. Het ritme van vellen die uit de machine vliegen is hypnotiserend. Maagdelijk schieten ze de pers in en na veel kabaal en turbulentie landen ze zachtjes en bedrukt op elkaar. De drukker trekt zo nu en dan behendig een vel uit de stapel om de kleuren te controleren. C, M, Y, K.
Vijfentwintig jaar geleden werkte ik als stagiaire bij Roto Smeets off-set waar gepensioneerde drukkers soms langs kwamen om voor enkele uren in het inkthok te vertoeven, ze waren verslaafd geraakt aan de inkt zelf. Deze kleine ruimte bevond zich buiten op het terrein, er huisde een inktmenger met een lange witte jas die werkelijk elke kleur kon reproduceren en de hele dag tinten op zijn steekwagentje naar het hoofdgebouw bracht om mopperend terug te komen als hij de zojuist gebrachte kleur weer moest bijmaken. Soms zat er een kring mannen bezwerend rond de grote metalen mengton in het pasteuze hok waarvan de muren bezaaid waren met uit de ton geslingerde PMS kleuren. De oplosmiddelen voor inkt zijn inmiddels verboden, het was niet echt goed voor de hersenen.
Op de werkvloer van de drukkerij opereerde een bijzondere drukker, hij leek qua uiterlijk totaal niet op zijn collega’s. Een rauwe grote vent met armen als balken, tatoeages en een gouden ring in zijn oor. Het klikte en we maakten regelmatig een praatje. Hij bleek voorheen zeeman te zijn geweest, wat hem aan land had gebracht bleef in het midden, als het hierover ging keek hij me altijd lang in mijn ogen maar vertelde het uiteindelijk niet. Ik drong er nooit op aan, het hoorde bij hem. Het was een toffe gast, een goede drukker en hij was trots op zijn werk. Tussen het controleren van het drukwerk door nuttigde hij wijdbeens schijfjes leverworst, starend in de ruimte als ware hij op zee. Hij bleef me bij en ik dacht jaren later dat de cadans van het geluid van de drukpers hem waarschijnlijk aan een scheepsmotor heeft doen denken. William was kapitein van zijn pers.
Intussen zoek ik naar het aantal gedrukte titels sinds het binnenwerk van De Gutenbergbijbel uit de eerste drukpers rolde. Volgens Google zijn dat er 129.864.880, het is de telling van 10 juli 2010, of dit klopt? Vertalingen en meerdere edities van een boek zijn niet meegeteld, ook geen boeken in oplage van 1 stuks. Zeg dat er van ieder boek 1000 zijn gedrukt dan bedraagt het aantal boeken zo’n 129.864.880.000 exemplaren. Daarvan zijn er weggegooid en worden er bijgedrukt. Zou het werkelijke getal in de buurt zitten van deze zeer ruwe schatting? Met hetzelfde getal gerekend, zou ieder mens achttien boeken kunnen bezitten. Helaas zijn er nog steeds mensen die na ruim 500 jaar van draaiende persen boeken moeten ontberen.
Een e-reader boek is natuurlijk handig maar koel, een gedrukt boek is fijner en warmer, het is ooit gemaakt en draagt de tijd van het bestaan in zich. Ik voel aan het linnen omslag, een interessant boekje van de vader van en wrijf nog een keer. Zo kan ik door het vasthouden van dit boekje mijn geboortejaar aanraken en krijgt dat jaar een gewicht, wordt het tactiel. Andere boeken laten je andere tijden vasthouden, ze breken de tijd van voor je geboorte open en laten de tijd van je bestaan vertakken.
De Boektelling begon in 1455, het is een belangrijk jaartal, miljoenen titels, miljarden boeken zijn gedrukt. Volgens die telling leven we in het jaar 558. Nu het spannende, in boekenkasten heeft de tijd geen lineair bestaan, er wordt flink gelust, 1927 staat naast 2004, eeuwen kunnen van plank wisselen, jaartallen stijgen en dalen. Waar kan je de tijd zo vastpakken, aanraken en husselen als daar als hier, gewoon in je eigen huis.
Twee uitgaven heb ik inmiddels gemaakt, ‘Kurt’s Zimmer Publikation’ en ‘Part of Someone’s Diorama’. De titels zwemmen in dat enorme getal, ze bestaan en ruiken heerlijk naar inkt, het is rijkdom. Op naar een derde boek.
© Karin van Pinxteren, 9 december 2013
